28 dec 2012

Het Scheepvaarthuis. Het decoratieprogramma aan de buitenkant

Enige tijd geleden zijn wij mee geweest met de rondleiding door het Scheepvaarthuis. Zeer de moeite waard, maar één onderdeel van het gebouw bleef onderbelicht: de buitenkant. Er valt hier zoveel te zien, dat men er een middag mee kan vullen en hoewel het voor iedereen bereikbaar is om rond te lopen, zijn de vele symbolische en allegorische verbeeldingen niet altijd makkelijk te ontcijferen.

Met behulp van enkele bronnen hebben wij het immens uitgebreide decoratieprogramma beschreven en hiermee willen we iedereen de gelegenheid geven zichzelf een eigen rondleiding te geven. Natuurlijk kan men ook het verhaal lezen van achter de computer.

Voor deze virtuele rondleiding zullen we beginnen bij de entree van het gebouw en gaan vervolgens rondom, te beginnen aan de zijde van de Binnenkant, via de Buiten Bantammerstraat naar de Prins Hendrikkade om weer bij de hoofdentree te eindigen. De versieringen zijn echter zo uitbundig, dat geen enkele bron zich heeft gewaagd aan een echt volledig overzicht. Wellicht een idee voor een volgend project.

Het Scheepvaarthuis
Het Scheepvaarthuis is gebouwd vanaf 1913 voor zes Amsterdamse scheepvaartrederijen. De architect, Joan van der Meij was uitgezocht om het gebouw een modern en vooral imponerend uiterlijk te geven. Geld nog moeite werd bespaard om de meest dure, exotische en bewerkelijke materialen in het gebouw te verwerken. Van der Meij was echter aangenomen als hoofd van alle esthethische beslissingen. Daarnaast waren de gebroeders van Gendt verantwoordelijk voor de constructie van het gebouw. Vanwege het gigantische budget dat Van der Meij meekreeg, had hij de mogelijkheid om een arsenaal aan ontwerpers in te huren voor de verschillende onderdelen. Onder andere Michel de Klerk (interieurs en meubilair), Piet Kramer (smeedijzerwerk), Theo Nieuwenhuis (interieurs), Willem Bogtman (Glas in lood), Hendrik van den Eijnde, Hildo Krop en Willem Brouwer (alle drie beeldhouwwerk) werden gevraag om een bijdrage te leveren aan een "totaalkunstwerk". Doordat de verschillende ontwerpers zeer nauw samenwerkten aan het gebouw is het niet mogelijk, maar ook niet verstandig om onderdelen aan een specifieke architect toe te kennen. Dit zou tegen het principe van het gesamtkunstwerk ingaan.

Benaderen van gebouw
Het geheel van het gebouw is het beste te overzien als men een eindje van het gebouw af staat. Bij de verbouwing tot hotel is het Scheepvaarthuis volledig gerestaureerd. De gevel is schoongemaakt en het houtwerk heeft zijn oorspronkelijke blonde kleur gekregen, zodat het mooi bij de donkerbruine baksteen kleurt. Wat bijzonder is, is dat de kleur van de voegen van het gebouw zo is uitgekozen dat het weinig afsteekt ten opzichte van de stenen. Op deze manier lijken de bakstenen vlakken meer een geheel te vormen.

Het gebouw is opgebouwd uit een skelet van beton. Dit was toen een zeer modern zelf dragende constructie die het toelaat dat men alles met de gevels kan doen, maar hoewel dergelijke constructies bij andere architecten het idee gaf om grote raamopeningen te maken, gaf het Van der Meij een ander idee: omdat de gevel niets hoefde te dragen, kon hij de bakstenen in elk gewenste verband en met alle gewenste uitsteeksels en sierstenen laten metselen. De bakstenen gevel is zo als een deken om de kolommen gedrapeerd.
Toen het Scheepvaarthuis net af was, kreeg Van der Meij veel kritiek op zijn gebouw. Het zou te weinig de essentie van het beton als materiaal laten zien. De constructie is niet aan het gebouw af te lezen. Toch kun je de plaats van de kolommen zien: het gebouw bestaat uit verschillende traveeën (verticale gedeeltes) die tussen de betonnen kolommen staan.

Het meest in het oog springende gedeelte gezien vanaf de Kraansluis voor het gebouw is de toren boven de entree. De toren is bedekt met Engelse Leistenen en de top van het gehele gebouw is gemaakt van lood. Het basement van het gebouw is opgebouwd uit diorietporfier, een donkergroen-grijze soort natuursteen.

Aan de voorkant van de toren, als bekroning van het metselwerk vindt u twee figuren, die de zee (Poseidon) en het geluk (Fortuna, met een rad) voorstellen. Aan beide zijdes naast de beelden vindt u tweemaal vergulden cijfers die de jaartallen 1913 en 1915 vormen. In het voorjaar van dat eerste jaar ging de eerste paal de grond in, het tweede jaartal was de beoogde opleveringsdatum, dit werd uiteindelijk een jaar later. Vanwege de eerste wereldoorlog, liep de bouw van het gebouw vertraging op. De top van de toren wordt omringd door een rand met kleine balkons met vlaggenmasten, loden scheepstouwen en ankers en vier vrouwelijke figuren die de windrichtingen aanwijzen.

De letters waarmee de naam van het hotel op de gevel is aangegeven zijn gevormd uit een lettertype dat specifiek voor het gebouw was ontworpen. Aan de Prins Hendrikkade prijkt de naam van het gebouw in het zelfde lettertype op de gevel. Een aantal letters moest echter alsnog worden ontworpen, want meer letters dan die HET SCHEEPVAARTHUIS maken, had men niet.

Onder de toren, achter de vergulden letters waren de directiekamers gelegen van de KPM, de SMN en de KNSM. Men kan hier op verschillende verdiepingen nog glas in lood zien zitten.

Entree
Als u dichterbij komt, komt u bij de hoofdentree. De entree die we hier zien, was vroeger niet voor bezoekers. Deze entree was alleen bedoeld voor de directieleden. Direct boven de entree vinden we de staf van Hermes. Samen met (de drietand van) Poseidon is dit één van de meest voorkomende symbolen. Deze kunnen ook Mercurius en Neptunus zijn, de romeinse evenbeelden. De handel en de scheepvaart waren de belangrijkste sectoren binnen de muren van het gebouw en dat mocht ook duidelijk zijn.

Het gebouw is voor het grootste gedeelte bekleed met bakstenen. Nu was het niet ongewoon in die tijd om ook vormstenen te gebruiken voor het maken van versieringen, maar de 200 verschillende typen stenen die voor het Scheepvaarthuis zijn besteld, waren zelfs voor die tijd uitzonderlijk. De kleur is zorgvuldig uitgekozen en moest ervoor zorgen dat het gebouw vanaf een afstand zou aansluiten bij de grachtengordel van Amsterdam. Echter, als men dichter bij zou komen, dan zouden de verschillende details de moderne vormgeving, de rijkdom en het zeevaartkarakter verraden. Men zegt wel eens dat ook in de vorm van het gebouw een schip gezien worden, maar dit is natuurlijk geen keuze van de architecten geweest, noch van de opdrachtgevers. De vorm van het perceel liet geen andere vorm toe. Het golvende hetwerk kan wel duidelijk gelezen worden als een zee die rondom het gebouw kabbelt.


Naast de entree zelf zien we de vier beeldengroepen die de allegorieën (personificaties) van de verschillende wereldzeeën verbeelden die de maatschappijen bevoeren. We zien van links naar rechts:
- De Middellandse zee, met een Libische fluitspeelsters en Hercules die de straat van Gibraltar opent.
- De Atlantische Oceaan, met een Viking en de Oostzee (een jonkvrouwe temidden van kastelen).
- De Stille Zuidzee, met een Chinese specerijen draagster en de Japanse Mythe.
- De Indische Oceaan, met de Draagster der Rijkdommen en de Indische Mythe.
Het gebouw heeft hier twee immense houten deuren die als sluisdeuren het gebouw kunnen afsluiten met kartelranden die in elkaar grijpen Als u dichterbij komt kunt u deze deuren zien zitten, maar kijkt u ook eens naar boven. Daar vindt u in smeedijzer een verbeelding van de Grote Beer en de Poolster. De peertjes van de verlichting vormen de verschillende sterren. Daaromheen ziet u verschillende zeelieden. Aan ieder van de grote kolommen die de entree voorafgaan vindt u ook twee zeelieden. Deze hebben verschillende zeevaart-instrumenten bij zich. Let u ook op al het houtwerk van de entree.

Binnenkant
Als u de hoek van de Binnenkant omgaat, vindt u direct rechts (en links) van de entree twee kleinere ramen met daar omheen verschillende versieringen. In de onderste hoeken van deze ramen vormen vier kleine cijfers weer het jaartal 1915. Onder de cijfers vindt u nogmaals de symbolen voor Hermes en Poseidon. Tussen de ramen steekt een getrapt deel uit, waar de initialen van drie van de maatschappijen in verwerkt zijn. Dit beeld het Bestuurlijk Fundament uit, waarop de rest van het gebouw rust.

Even hiernaast en aan de Prins Hendrikkade bevinden zich uitstalkasten. Hierin stonden modelschepen die klanten warm moesten maken voor de lange tocht die ze zouden ondernemen. Boven de uitstalkast is een raam van glas in lood. Let u op het smeedijzerwerk rondom de uitstalkasten. Hier zijn ankers in verwerkt. Het geheel wordt bekroond met beeldhouwwerk van scheepslantaarns.

Als u langs de gevel kijkt, ziet u rondom koppen van bekende handelsreizigers, ontdekkingsreizigers en zeevaarders uit de 16e en 17e eeuw van Hildo Krop. Enkele schetsen van de hand van Michel de Klerk van deze koppen hebben velen doen vermoeden dat het idee van de koppen van hem was, waarna Krop ze vervaardigde.
Dhr. Van Wier heeft in zijn publicatie over het gebouw uitgezocht dat de koppen verwijzen naar achtereenvolgens (van de hoofdentree via de Binnenkant, de Buiten Bantammerstraat en de Prins Hendrikkade):

- Cornelis de Houtman (1565-1599, ontdekkingsreiziger)
- Jacob van Heemskerck (1567-1607, zeevaarder en viceadmiraal)
- Willem Barentsz (1550-1597, zeevaarder)
- Jacob Cornelisz. van Neck (1564–1638, zeevaarder, Burgemeester van Amsterdam)
- Lodewijk de Geer (1587–1652, koopman)
- Isaac le Maire (1558-1624, koopman, bewindhebber VOC)
- Willem Usselincx (1567–1647, koopman, oprichter WIC)
- Jan van Linschoten (1563-1611, reiscroniqueur)
- Willem Jansz. Blaeu (1571-1638, cartograaf)
- Petrus Plancius (1552-1622, predikant, zeevaartkundige)
- Gerard Mercator (1512-1594, cartograaf)
- Nicolaas Witsen (1641-1717, burgemeester van Amsterdam)
- David Pietersz. De Vries (1593-1655, koopman en reiscroniqueur)
- Rijklof van Goens (1619-1682, gouverneur-generaal Nederlands-Indië)
- Henri Zwaarderkroon (1667-1728, gouverneur-generaal Nederlands-Indië)
- Wouter Schouten (1638-1704, chirurgijn)
- J. Maurits van Nassau (1604-1679, gouverneur-generaal Brazilië)
- Cornelis Aerssen van Sommelsdijk (1637-1688, gouverneur van Suriname, bewindvoerder van de GWC)
- Jan A. Van Riebeek (1619-1677, stichter van de Kaap kolonie)
- François Valentijn (1666–1727, predikant, schrijver)
- Georg E Rumphius (1627-1702, natuuronderzoeker, schrijver)
- Willem IJ. Bontekoe (1587-1657, zeevaarder)
- Arent Roggeveen (?-1679, wiskundige, zeevaartkundige)
- Olivier van Noort (1558-1627, zeevaarder)
- Antonio van Noort (1561–1641, gouverneur-generaal Nederlands-Indië)
- Joris van Spilbergen (1568-1620, zeevaarder)
- Cornelis J. Speelman (1628-1684, gouverneur-generaal Nederlands-Indië)
- Pieter Both (1568-1615, eerste gouverneur-generaal Nederlands-Indië)
- Jan Pieterszoon Coen (1587-1629, gouverneur-generaal Nederlands-Indië, stichter van Batavia)

Als u enkele stappen afstand neemt van het gebouw ziet u dat de ramen steeds in paren in de gevel zijn geplaast. Tussen de paren van ramen door lopen bakstenen sierranden die iets weghebben van ankerkettingen. Onder elk raam vindt u steeds beeldhouwwerkjes, die hoewel ze allen een gelijke compositie hebben, toch steeds verschillend zijn. Deze beeldhouwwerkjes verwijzen steeds naar de maatschappijen die op de betreffende verdieping huisden:
1e verdieping:
- KNSM, Hercules met leeuwenkop die de straat van Gibraltar opentrekt.
- KWIM, 2 Surinamers in kano’s met een kogelvis.
- NRM, Vader Rijn met twee kruiken, van waaruit de Neckar en de Main stromen.
2e verdieping:
- SMN, Weegschaal (evenaar) met gordel (van smaragd)
3e verdieping
- JCJL, een Boeddha (Java), draak (China) en chrysant (Japan)
- KPM, een anker tussen een kreeft en een steenbok. Symbolen van de keerkringen waartussen Indonesië zich bevindt.

Ook ziet u op de muur steeds een figurenpaar zich herhalen. Dit zijn een koopman (met hoed) en een matroos (met bontmuts). Achter het hekwerk vind u in de muur kleine beeldhouwwerkjes van letters. Rondom vormen deze viermaal HET “SCHEEPVAARTHUIS” (incl de aanhalingstekens). Ook het hekwerk zelf maakt duidelijk waar we ons hier bevinden. Met een beetje zoeken vind u hier ook steeds weer de letters S en H in terugkomen.

Als u rechtsom rondom het gebouw loopt, zult u verschillende deuren tegenkomen. De eerste deur was de in-/uitgang van de expeditie, hier ziet u kleine walvissen. Als u de hoek omgaat ziet u een cluster van nog drie deuren. De eerste leidde naar een portierswoning (nummer 6). De tweede deur was een fietseningang. De derde deur was de reguliere entree voor werknemers. Boven de entree werden de werknemers met houten panelen er aan herinnerd dat “De zee scheidt de volkeren” en “De scheepvaart brengt bijeen”.


Uitbreidingen
Het scheepvaarthuis heeft altijd te maken gehad met ruimtetekort. Nog voordat de bouw gereed was, moesten er keuzes gemaakt worden over welke afdelingen in het gebouw konden zitten. In 1914, vlak nadat begonnen met de bouw, werd besloten Van der Meij te vragen een uitbreiding te ontwerpen. Het eerste deel is gebouwd tussen 1913 en 1916. Door de stijgende materiaalprijzen ten gevolge van de eerste wereldoorlog liep het tweede deel grote vertraging op. Deze kon pas tussen 1926 en 1928 gebouwd worden. Aanvankelijk was er ook een plan voor een derde deel, maar deze is er nooit van gekomen, deels vanwege sterk oplopende kosten in tijden van crisis, maar ook omdat toen eindelijk het financiële plaatje rond was, er geen vergunning werd verleend voor de afbraak van de verschillende huisjes aan de Binnenkant. Als u een stukje verder loopt ziet u een grachtenpand op nummer 12 dat hier aan herinnert.


Enkele minder fortuinelijke afdelingen werden in andere gebouwen in de buurt gehuisvest. Ook hier voor de deur, heeft in het water van 1920 tot de ingebruikname van het tweede deel van het gebouw een hulpgebouw gestaan. In dit gebouw, “De Ark” genoemd, zat een deel van de KNSM, de JCJL en de SMN. Maar ook in het grachtenpand heeft lange tijd een deel van de KPM gezeten.

Aan de overkant van het pand zien we ook de Waalseilandbrug. Dit bruggetje is op deze plek bijzonder, omdat het ook is ontworpen door Van der Meij. Hij heeft zelfs aan deze brug gewerkt tijdens het ontwerpen van het Scheepvaarthuis. Van der Meij werd rond 1910 gezien als de grote belofte op het gebied van architectuur. Hij had de Prix-de-Rome gewonnen in 1906 en had de prijsvraag voor het nieuwe ontwerp van de Dam gewonnen en kreeg op alleen deze titels de aanstelling als esthetisch adviseur bij de dienst Publieke Werken van de gemeente. In deze functie heeft hij enkele gebouwen en bruggen ontworpen. Bij benadering van de brug is aan enkele details nog te zien dat hij het Scheepvaarthuis nog vers in zijn vingers had zitten: we zien zeepaardjes in het smeedijzerwerk van de lantaarns, maar ook het spel met afwisselende horizontale en verticale metselverbanden en de golvende bewegingen in het hekwerk doen denken aan die van het Scheepvaarthuis. Op de zijkant zijn in smeedijzer de cijfers van de brug geplaatst (Brug 283).
Het lijkt tegenwoordig misschien niet zo bijzonder, maar toen het bruggetje net gereed was kreeg het een storm van protest en kritiek over zich heen. Het zou het unieke karakter van de binnenstad aantasten. Het gesloten gesloten ontwerp met lage driehoekige bogen en de stenen brugleuningen (in plaats van staal) belemmerde het uitzicht naar het water.

Buiten Bantammerstraat
Als u de Buiten Bantammerstraat in loopt, dan ziet u de binnenplaats van het gebouw. Tenminste, datgene dat in het oorspronkelijke plan een binnenplaats moest worden, als de bouw van het derde deel van het gebouw uiteindelijk was doorgegaan . Dit laatste deel moest op het overgebleven stuk grond komen, tot aan de muur die nu de afscheiding van het perceel vormt. Een binnenplaats heeft veel licht nodig, daarom werd deze opgebouwd met geglazuurde bakstenen.

Weer een stukje verder ziet u het deel van de Buiten Bantammerstraat dat wel is bebouwd. We zien hier een nieuwe deur. Deze leidt echter niet naar binnen. Het Scheepvaarthuis was een groot pand, met allerlei moderne electrische installaties en had daarom een eigen transformator. In het midden zien we weer Poseidon met zijn drietand. Aan beide zijdes flankeren twee Indonesische vrouwelijke figuren de deur.

Aan deze zijde zien we weer verschillende decoraties. De gevel aan deze zijde is vooral aan de top anders dan de andere gevels. Bovenin zien we de Hollandse Tuin. Het symbool dat de verbondenheid en samenhang binnen het Hollandse grondgebied voorstelt. Het oorspronkelijk uit de 15e eeuw stammende symbool moest de samenwerking tussen de zeven provincieën en de vaderlandsliefde van de Nederlanden tonen, maar moet in deze setting de samenwerking met de kolonieën verbeelden.
Op de nok, hierboven zien we een loden standbeeld. Dit is de enige moderne figuur op het gebouw en toont jhr. LP Op ten Noort (1847-1924), directeur van de SMN, die vlak voor de bouw van het tweede deel van het gebouw is overleden.

Op enkele meters hoogte zien we twee grotere beeldhouwwerken. Deze stellen voor: links Pieter vd Broecke (opperkoopman en admiraal van de VOC in India) en rechts Jan Pieterszoon Coen (grondlegger van de Nederlandse macht in Indonesië) met op de achtergrond Batavia en de datum 1619.

Tussen de ramen van de kelder zien we kleine beeldhouwwerken. Hier zien we onder andere de Amsterdamse kruizen, de tekst “ANNO 1926”, het jaartal van aanvang van de bouw van het tweede deel van het gebouw, maar ook een kaartje met de routes van de KNSM in Europa en de Sint Antoniespoort.

Prins Hendrikkade
Vervolgens loopt u verder naar de Prins Hendrikkade. Hier vind u iets verder nog een entree: Hier was de ingang voor bezoekers. Ook tijdens de tijd van het GVB was hier de ingang om bijvoorbeeld een abonnement te kopen. Naast de deur zijn afbeeldingen die de zes scheepvaartmaatschappijen nog een keer verbeelden:
1. KNSM, 2. NRM, 3. KPM, 4. KWIM, 5. JCJL, 6. SMN
Hier links en rechts van zijn nog twee schepen te zien die ons tegemoet varen. Boven de deur vinden we nogmaals Hermes. De nis waarin hij zich bevindt kan met een beetje fantasie lijken op de opengesperde bek van een zeemonster. Aan de bovenkant zien we de kop met de ogen. Onder de voeten van Hermes vinden we een reliëf met schepen. De omlijsting van de deur wordt bekroont met twee walrussen.


Hoog bovenop het gebouw zien we op de bovenste verdieping een deel van de gevel met een andere geleding. Hier zien we de letters die de naam van het gebouw vormen en waaraan het lettertype dat nu door het hotel voor de bewegwijzering wordt gebruikt, is ontleend. Boven deze letters bevindt zich de Beraadzaal, de rijkelijk gedecoreerde ruimte voor vergaderingen. Dit is te herkennen aan de bijzondere vorm van de ramen. Zie ook de afbeelding boven dit artikel.

Bovenop het gebouw ziet u de vlaggen wapperen van verschillende maatschappijen en lijnen en twee met de naam en het logo van het hotel.
In volgorde van rechts naar links (voor u andersom): JCJL, KHL (Koninklijke Hollandse Lloyd), KPM, RL (Rotterdamse Lloyd), NASM (Nederlandsch Amerikaansche Stoomvaart Maatschappij), KNSM, SMN. De vlaggen van de KHL, RL en NASM hebben hier nooit gehuisd en deze vlaggen zijn feitelijk historisch niet correct. De RL en NASM waren Rotterdamse rederijen en de KHL besloot niet mee te doen in 1912 en zij liet een eigen gebouw bouwen

Tot slot vindt u weer een uitstalkast zoals die er zich ook één aan de andere kant van de entree bevindt. Hiermee zijn we aan het einde gekomen van de rondwandeling rond het gebouw.
Ik kan u aanraden om ook even naar binnen te lopen en (zover men het goed vindt) even rond te lopen. In de hal vind u veel glas in lood, houtwerk, smeedijzerwerk en beeldhouwwerk.
Ik kan u ook aanraden om even de bar binnen te lopen en onder het genot van een kopje koffie even tot rust te komen en de zojuist bekeken rijkdom aan versieringen even tot u laten doordringen.

Bekijk ook onze andere artikelen over het Scheepvaarthuis:
Het interieur van het Scheepvaarthuis
De uitbreidingen van het Scheepvaarthuis
Een documentaire over Joan van der Meij, ontwerper van het Scheepvaarthuis.

Afbeeldingen:
- Alle foto's: SPQA Amsterdam
behalve
- Historische foto Scheepvaarthuis (Beeldbank archief Amsterdam)
- Foto bouw Scheepvaarthuis (Beeldbank archief Amsterdam)
- Foto Bijgebouw (Beeldbank archief Amsterdam)
- Foto Op ten Noort: (Maritiem digitaal)

Bronnen:
- Boterenbrood, H., (1989), Van der Mey en het Scheepvaarthuis, SDU Uitgeverij ’s Gravenhage
- Hirsch, S.J., (1928), Het Scheepvaarthuis, De Bussy, Amsterdam
- Wier, J. Van, (2005), Het Scheepvaarthuis




9 opmerkingen:

  1. Is het bekend welke smid, smeden het smeedwerk vervaardigd hebben?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het smeedwerk voor het Scheepvaarthuis werd vervaardigd door de firma's D. Spaan en Winkelman & van der Bijl. Behalve het smeedwerk van het hekwerk rondom. Dat werd vervaardigd door de firma Braat uit Delft. HJ Winkelman was een grote naam op het gebied van smeedijzerwerk. Hij ontwierp voor verschillende gebouwen binnen en buiten Amsterdam hekwerken, lampen en ander smeedwerk. Naast uitvoerder trad de firma ook wel als ontwerper op.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. he interieur is thans totaal 'creme' geschilderd inclusief de vele ornamenten/jes. Waren deze in de oorspronkelijke uitvoering wellicht uitsprekelijker zichtbaar?

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Het interieur en de bijbehorende ornamenten waren oorspronkelijk ook wit/ creme, getuige historische foto's van vlak na de oplevering, geplaatst op onze facebook pagina. https://www.facebook.com/SPQA.Amsterdam

    Bij de laatste restauratie, waarbij het gebouw is verbouwd tot hotel, is een historisch kleurenonderzoek leidend geweest voor het schilderwerk. Echter, ook ten tijden van het GVB had het interieur deze kleurstelling.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Beste,

    zou ik de foto van het beeldhouwwerk van de vier zeeen bij de hoofdingang mogen gebruiken als afbeelding voor in mijn scriptie? Wie is de fotograaf?

    Groet

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Beste,

      U kunt de foto gebruiken voor uw scriptie. Het is onze eigen foto. We zouden het wel prettig vinden als u de herkomst van de foto zou vermelden (spqa-am.blogspot.nl).

      Als u ons een email stuurt met uw gegevens, dan kunnen we u ook de foto op hogere resolutie sturen (spqa.am@gmail.com).

      Vriendelijke groet,

      SPQA

      Verwijderen
  6. Rijtje namen: Antonio van Noort moet zijn Antonio van Diemen 1593-1645

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Vraagje: aan de linker zijkant, staan daar ook beelden van Hermes en Poseidon? En zie je daar ook Boeddha-beeldjes?

    BeantwoordenVerwijderen